Gent (Oost-Vlaanderen, België)

Vandaag schrijf ik een keer niet over een reis naar een Nederlandse gemeente, maar naar één in België. Hier was ik vijf dagen samen met mijn vader. Ik schrijf dit allemaal een paar dagen later én het is meerdaags, dus ik zal minder gedetailleerd zijn dan andere keren.

Algemeen beeld van Gent

Aangezien ik een paar dagen later schrijf, heb ik een meer algemeen beeld van Gent gevormd. Hier begin ik mee.

Zoals je waarschijnlijk in elke brochure kunt lezen, is Gent een prachtige laat-middeleeuwse stad. Wat mij opviel ten opzichte van Nederlandse steden is de hoeveelheid gebouwen die uit deze tijd overblijven. In Nederland is een gebouw van voor 1500 altijd erg bijzonder om te zien, puur door de ouderdom. In Gent staan ze op een rijtje en hoef je maar om je heen te kijken om er één te zien. Uiteraard laat dit ook zien dat de bloeiperiode van Gent dus ook in deze tijd was.

Daarnaast wordt goed omgegaan met het erfgoed. Veel gebouwen zijn op een mooie manier herbestemd, waardoor het karakter van de stad goed bewaard blijft. Niet alleen het alleroudste en mooiste, maar bijvoorbeeld ook het industrieel erfgoed van de stad. Hierover zo meer als ik schrijf over onze wandeling langs de oude dokken.

Verder is Gent een heel mooi voorbeeld van een autoluwe stad. Hierdoor was het erg fijn om in Gent een paar dagen te verblijven. In Gent wordt vanaf de jaren '90 en ook de laatste jaren serieus werk gemaakt van het autoluw maken van de stad. Om dat te realiseren worden bijvoorbeeld ook grote nieuwe bruggen gebouwd bij de oude dokken.  Eerdere ervaringen in bijvoorbeeld Luik was dat over prachtige historische pleinen voor prachtige paleizen drukke verkeersaders liepen en dan is het toch een stuk minder fijn om er te verblijven. Buiten het autoluwe deel van de stad merk je echter nog wel dat Gent niet kan tippen aan de fiets- en wandelvriendelijkheid van de meeste Nederlandse wijken

De pontificale historische aanwezigheid van de vakbonden viel me ook op. Midden in het centrum is begin 20ste eeuw een gigantisch gebouw voor de vakbond gebouwd. Daarnaast is een belangrijk cultureel centrum opgericht als coöperatief door arbeiders. Zo aanwezig als in Gent zie ik de vakbond eigenlijk niet in Nederland.

Dag 1: De heenreis

Op dag 1 reis ik en Heit samen naar Gent. We nemen de Flixbus van 11:00 vanaf Den Haag, omdat dit lekker goedkoop is. Waarom het goedkoop is, zie je in het stukje over de terugreis. De heenreis ging in ieder geval vlekkeloos en we werden bij Gent Dampoort Gent binnengelaten.

Toen moesten we eerst lunchen en tegenwoordig pak je dan Google Maps erbij en zoek je een café / restaurant met goede reviews in de buurt. We kwamen uit bij de Dikke Ziel, een koffiebar in een oud slachthuis in de buurt van de oude grote veemarkt. In dit slachthuis was nu een koffiebar gemaakt met winkeltje en ook een oude drukpers. De koffie en het eten was erg lekker!

Hierna liepen we naar het Coyendanspark waar heel vroeger de Sint-Baafsabdij stond die door Karel V werd gesloopt en vervangen door een dwangburg. Van de dwangburg is daar nu nog een ruïne. die helaas alleen in de zomer te bezoeken is. De contouren van de kerk van de Sint-Baafsabdij is nu ook nagebouwd door bomen, zodat je toch een goed gevoel krijgt hoe de kerk er vroeger uitgezien moet hebben.

Hierna liepen we via de Portus Ghanda, tegenwoordig een passantenhaven, naar ons hotel in de oude dokken van Gent. Hier checkten we in en rustten we even uit. Daarna gingen we eten in het Italiaanse restaurant om de hoek om daarna nog even een wandeling door de stad te maken om een eerste gevoel bij de stad te krijgen. Hier kwamen we er ook achter dat er een grote wintermarkt gaande was, waardoor de binnenstad erg levendig was. Hierna gingen we terug naar ons hotel.

Dag 2: Verkennen en twee musea

Op dag 2 gingen we eerst de stad verkennen. Na eerst gegeten te hebben, gingen we een eerste keer naar de Sint-Baafskathedraal en de Sint-Niklaaskerk om deze kerken te bekijken. Zoals veel kerken in Gent twee prachtige kerken!

Hierna liepen we door en wilden we graag een museum bekijken. Daarom gingen we op weg naar het Industriemuseum toen we onderweg het Huis van Alijn tegenkwamen in een middeleeuws Godshuis, waar nu een museum over het alledaags leven was gevestigd. Hier hebben we de tentoonstelling over de jaren '90 bekeken, wat vooral wat nostalgie en toch voor mij ook wel begrip voor hoe fors de wereld is veranderd sinds mijn jeugd.

Daarna doorgelopen naar het Industriemuseum in een oude katoenfabriek. Hier was een tentoonstelling over ferro en non-ferro metalen met naast hoe die verwerkt worden ook aandacht voor de bredere context waarin dat gebeurd. Ook de permanente tentoonstelling over industrie sinds begin 19de eeuw gaf een hele mooie combinatie van zowel een sociale geschiedenis als een uitleg hoe de techniek erachter werkt. We konden helaas niet het hele museum bekijken, want het museum sloot. Hierdoor hebben we maar half de tentoonstelling over de boekdrukkunst kunnen zien en de tentoonstelling over de textielindustrie helemaal niet. Goede reden om nog eens terug te komen.

Hierna liepen we door de binnenstad naar een plek om iets te eten. Uiteindelijk vonden we dat in een Indiaas restaurant. Op de weg hiernaartoe zagen we het gigantische vakbondsgebouw waar ik het eerder al over had. Daarna gingen we naar het hotel.

Dag 3: Oudejaarsavond

Dag 3 was een zondag. Nadat we wat eten hadden gehaald in de supermarkt, gingen we naar de Mis in de Sint-Baafskathedraal. Deze mis was in de crypten onder de kathedraal, waardoor dit een heel intiem karakter kreeg. Zowel in de preek als de afsluitende woorden was de priester inclusief. Op de dag van de Heilige Familie benadrukte de priester het belang van de familie. Hierbij was de priester heel expliciet dat dit niet alleen over de 'normale familie' ging, maar over familie in welke soort en vorm dan ook (al zou je wensen dat dit gewoon heel normaal is natuurlijk).

Na een goede koffie hebben we weer een heel eind gewandeld. De Gravensteen die we wilden bekijken, was dicht op Oudejaarsavond. Daarom zijn we toen vrij ver naar het zuiden gewandeld door de universiteitswijk naar de Sint-Pieterabdij. Deze abdij komt al uit de 12de eeuw en is erg belangrijk geweest voor de geschiedenis van de stad. De abdijkerk is nog in gebruik, maar in de oude abdij ernaaast zijn nu tentoonstellingen. Helaas was de oude abdij wel dicht.

Hierna doorgelopen naar het Koning Albertpark waar ook een 8 mei-monument is om oorlogsslachtoffers te gedenken. Hierlangs zijn we naar het Klein-Begijnhof gegaan. Hier woonden vroeger begijnen, alleenstaande vrouwen die zelfstandig in een ommuurde hof wonen in een religieuze setting. Tegenwoordig zijn dit vooral erg schattige huizen met een mooie rustig veld in het midden (ik zou er zo willen wonen).

Na het begijnhof begon de zoektocht naar eten. De restaurants die open waren, waren vaak al volgbeboekt. Gelukkig vonden we na een paar restaurants een heel goed Libanees restaurant. Degenen die later binnenkwamen zonder reservering konden al niet meer eten in het restaurant, dus daar hadden we geluk mee.

Tijdens de avond waren we van plan om naar de vuurwerkshow te gaan. Alleen was er harde wind, waardoor de vuurwerkshow werd afgelast. Toen hadden we geen duidelijk plan meer. Uiteindelijk besloten we in de lobby van het hotel GeoGuessr te spelen op de iPad en alcoholvrije biertjes te drinken. Uiteindelijk een fijne, rustige besteding van Oudejaarsavond. Het fijne van Gent was dat er veel minder vuurwerk dan in Nederland wordt afgeschoten: super fijn!

Dag 4: Nieuwjaarsdag, wandeling door de dokken

Op Nieuwjaarsdag is natuurlijk praktisch allemaal dicht. Daarom hadden we ons al voorbereid om een lange wandeling door de oude dokken te maken die we hadden gevonden in het Industriemuseum. Ook was het natuurlijk ook het hoogfeest van Maria Moeder God, waarvoor we eerst naar de mis in Sint-Niklaaskerk gingen. Hierna zagen we een café dat open was, dus daar hebben we koffie gehaald. Alleen waren er twee mensen in de bediening en was dit bijna de enige plek die open was. Het duurde dus even voor er daadwerkelijk koffie was.

Hierna liepen we naar de dokken om de wandeling langs het Gentse industrieel erfgoed te maken. Vroeger moet dit gebied een heel levendig gebied zijn geweest, vooral na 1800 met de industriële revolutie. Alleen zijn de dokken tegenwoordig te klein om de grote schepen van tegenwoordig te ontvangen. De industrie zit daarom tegenwoordig meer naar het noorden. Wel is het nu een beschermd stadsgezicht, waardoor de gebouwen nu heel mooi worden herontwikkeld.

Enkele hoogtepunten waren een beluik, een soort steeg waar de arbeiders in de havens woonden, de historische kranen die neergezet waren, een grote fabriek waar vroeger bijvoorbeeld locomotieven waren gebouwd, maar waar nu een heel hip winkelcentrum was gebouwd (we konden koffie drinken!). Verder zagen we van een afstand een oud kasteel wat een brandweerkazerne bleek te zijn. Ook dit gebied was erg mooi!

Na deze wandeling waren we moe. En we wilden niet zoeken naar eten terwijl waarschijnlijk alles dicht was. Dus we aten ons avondeten in het hotel en gingen daarna La La land kijken nadat ik de soundtrack ervan in een YouTube-filmpje was tegengekomen en dit dus moest gaan kijken.

Dag 5: Gravensteen en Prinsenhof

Op 2 januari konden we weer bij attracties naar binnen! Als allereerste wilden we de Gravensteen bekijken, een burcht uit de 12de eeuw. Wat mij fascineerde was dat de burcht nog heel erg zo leek zoals die oorspronkelijk was gebouwd. Bij veel oude burchten verwacht ik dat over tijd delen worden bijgebouwd en aangepast, maar hier leek alles eigenlijk nog echt uit de 12de eeuw te stammen. De audiotour was door een komiek ingesproken, zodat dit niet al te droog was. Hierdoor kreeg je een mooi begrip van de geschiedenis en het leven in de burcht.

Na de Gravensteen gingen we eerst koffie halen. Op 2 januari waren veel goede plekken alsnog dicht, maar gelukkig konden we terecht in een tweedehandsboekenbar waar je tussen allerlei boeken in kon genieten van de koffie. Hierna gingen we weer een eind wandelen, al regende het de hele dag.

We zijn weer een deel buiten de stad gewandeld. Eerst naar het Patershol, een wijk met nog een middeleeuws stratenpatroon waar vroeger ook monniken hebben gewoond door naar het Prinsenhof waar Karel V was geboren. Van dat hof is tegenwoordig alleen de poort nog over.

Hierna liepen we door naar een ander begijnhof, alleen is dit begijnhof tegenwoordig niet meer ommuurd. De kerk van dit begijnhof is tegenwoordig een Anglicaanse kerk geworden en verderop zit ook de Oosters-Ortodoxe kerk. Omdat we behoorlijk nat geregend waren, gingen we daarna door naar de kerk van het Karmelietenklooster. Gelukkig was deze kerk open en konden we hier even tot rust komen. Daarna konden we de kloosterwinkel bekijken.

Toen we weer de kracht hadden door te gaan zijn we naar Feestzaal De Vooruit gelopen. Dit was een feestzaal gebouwd vanuit de socialistische beweging door de verschillende arbeiders. Hierin zitten grote zalen voor 1000 en 1500 personen, dus het is een groot theater. Ook al is het tegenwoordig niet meer socialistisch, toch merk je de sociale betrokkenheid sterk. De feestzaal is in een studentenwijk en je merkt nog steeds een sterk activistisch karakter in bijvoorbeeld de duidelijk uitgesproken steun voor Gaza.

Het café was hier open, al waren er jammer genoeg geen voorstellingen die we konden bekijken. Ook al waren er geen voorstellingen, zat het café toch behoorlijk vol. We zaten goed en waren al een paar keer natgeregend, dus we besloten te wachten tot 18:00 zodat we avondeten konden bestellen. Dat smaakte ook zeer goed! Hierna was het mooi geweest en zijn we naar het hotel gegaan.

Dag 6: De terugreis

Op 3 januari zouden we om 16:30 weer teruggaan. Hiervoor zaten we al plannen te maken (wat doen we met de bagage en wat gaan we nog bekijken). In de ochtend kreeg ik echter een leuk staccato e-mail: de Flixbus is uitgevallen. Je kunt óf later gaan óf je geld terugkrijgen. Toen besloten we maar om ons geld terug te vragen en een trein te nemen die eerder zou vertrekken. Hierdoor konden we terug in Nederland ook nog op bezoek bij mijn nichtje die 11 was geworden en kon ik mijn vader de Tweede Kamer laten zien. In Gent hebben we dus nog wat gegeten bij een leuke (en snelle) koffiebar en toen hebben we de trein 11:36 naar Antwerpen terug naar Den Haag genomen.